Het begon allemaal op de dag dat Reinaert Cobbe de kip verleidde. Het feit dat hij misbruik maakte van zijn charmes was niet nieuw, maar het nieuws dat zijn ontmoeting met haar geëindigd was in een gruwelijke moord, had het dierenbos weer eens op zijn kop gezet.
Alle dieren waren verzameld aan het hof van Koning Nobel (Leve de Koning, vive le roi) en begonnen in staat van tomeloze woede hun beklag te doen over wat Reinaert de laatste tijd had aangericht. Zelfs Courteois, de dienaar van de koning, had de grootste moeite om de vergadering in goede banen te leiden (Reinaert, weer die Reinaert). Na het hartverscheurende verhaal van Canteclaer en Rode was het vanzelfsprekend dat men Reinaert zou dagvaarden. Daarom werd Bruin de Beer aangeduid om de misdadiger te gaan halen.
Ondanks zijn sluwe vossenstreken had Reinaert behoorlijk wat succes bij de vrouwelijke dieren (Ik ben Reinaert, sluwe vos). Nauwelijks was het incident met Cobbe voorbij of hij richtte zijn pijlen al op Mevrouw Bruin. Ook zij was mateloos gecharmeerd door zijn vleierijen, maar wist hem tijdig te waarschuwen voor de komst van haar man. Moeilijk was het niet om die domme Beer om de tuin te leiden; wie gelooft er nu dat er zoveel honing zit in een gespleten boomstam…
Aan het hof van de koning was De Koningin verschenen. De spanning was te snijden, want ze durfde wel eens onvoorspelbaar uit de hoek te komen met haar bizarre wensen (Wij, Maria Reine Xaviera). Stom dat niemand er aan gedacht had om haar uit te nodigen voor de vergadering. Razend was ze. Maar wie had kunnen weten dat hare majesteit zo gesteld was op die vos en dat ze zich zo zou verheugen op een spannend proces? De koninklijke troon van Nobel stond werkelijk tussen twee vuren (Nobels mijmeringen).
Toen Bruin de Beer half gestroopt en zonder Reinaert verscheen, was het duidelijk dat hij in een val was gelokt. Voor de koningin, die de verveling in het paleis meer dan beu was, werd het tijd voor wat actie en ze vond er niets beters op dan Tibeert naar het vossenhol te sturen… die arme kater! (Beste Tibeert).
Ook Minoes, de vrouw van Tibeert, voelde de behoefte om Reinaert te waarschuwen en snelde voorop. Vermits zij een uitermate mooie poes was, kan je wel vermoeden dat ze door Reinaert met open armen werd ontvangen (Minoes, de poes), maar lang kon ze niet blijven... Even later arriveerde Tibeert en was getuige van een vertederend gezinstafereel: Reinaert en Hermelijn legden hun schattige vosjes in bed en zongen zelfs nog een wiegeliedje (Slaap zacht). De bange kater raapte zijn moed bijeen. Hij maande Reinaert aan om mee te komen en zich te verantwoorden voor zijn daden. Die sluwe vos wist natuurlijk dat je katers niet vangt met honing en lokte Tibeert mee naar de schuur van de pastoor voor een heerlijke maaltijd muizen. Maar het drama dat hem toen overkwam, valt nauwelijks te beschrijven… (Ik ben Reinaert, sluwe vos).
Half dood verscheen Tibeert aan het hof van de koning Nobel en hij vertelde op welke manier hij wist te ontsnappen aan een afschuwelijke dood. De gemoederen laaiden op en de dieren stonden klaar om samen naar Reinaert te gaan en hem te lynchen. Op dat moment sprong Grimbeert de das in het midden en nam het op voor zijn oom. Blijkbaar moet een dier drie maal gedagvaard worden, voordat hij mag veroordeeld worden zonder proces. Ook Courteois kon dit beamen (Het Wetboek). Omdat Grimbeert familie was van Reinaert, vond men het veiliger om hèm op pad te sturen. En toch waren ze er niet helemaal gerust in. Vooral Jorinde het konijn toonde haar bezorgdheid. Ze mocht er niet aan denken dat hem iets zou overkomen (De Ballade).
Toen Grimbeert in Malpertuus aankwam, werd hij hartelijk ontvangen en haalde Reinaert de familiebanden aan (Familie is familie). Maar Grimbeert liet zich niet omkopen en kon hem op zijn eigen zachtaardige manier overtuigen om mee te gaan. Onderweg toonde Reinaert berouw en biechtte hij al zijn misdaden op (De Biecht).
Op het koninklijk paleis kreeg Reinaert het moeilijk. Zelfs zijn geraffineerdste smoezen konden de dieren niet overtuigen van zijn onschuld. De veroordeling was een feit en een uitweg was niet meer mogelijk… tot hare majesteit in een furie kwam opdagen. Hoe dom was het niet geweest om Reinaert ter dood te veroordelen in haar afwezigheid. En toen begon het proces van voren af aan. Alle partijen werden aanhoord en ook Reinaert kreeg de kans om zich te verdedigen. Zijn verhaal over een complot tegen koning Nobel en over een geheime schat verbaasde vriend en vijand (Het Complot). Op slag bleek Reinaert een held te zijn. Dankzij hem werden de schuldigen gestraft en kon gerechtigheid zegevieren. Althans, zo leek het toch... Of was Reinaert iedereen weer te slim af geweest?